Het is ruim 30 jaar geleden, het gras in ons achtertuintje is aan vervanging toe. Daarom gaat mijn man graszoden halen en onze jongste zoon, toen een peuter, gaat mee. Spontaan vraagt hij: “zullen we ‘n keer een ander kleurtje doen?” Het doet me nog steeds glimlachen.
Nu, zoveel jaar later, vraagt hij aan me: “wordt het niet tijd voor een andere foto op je site?”
En zo ben ik gaan zoeken in mijn foto's. Ik wil dichtbij ‘Veerkracht’ blijven én graag in het oog springende kleuren en levendigheid. De mooie plaatjes van pauwenveren schuif ik in eerste instantie aan de kant, want in mijn hoofd klinkt gelijk het gezegde: ‘zo trots als een pauw.’ Daarbij komt ook het stemmetje van mijn vader: “nooit naast je schoenen gaan lopen en klein blijven, hoor!” Dat klinkt voor mij als: word niet trots, blijf bescheiden. Dus ‘n pauw voorop? Ik schuif het aan de kant, en wil niet de indruk wekken dat het in mijn bolletje is geslagen. Toch kom ik weer uit bij die prachtige veren. Hoe fantastisch en verrassend is de verenpracht van een pauw. Pauwen vertrouwen op hun veren, die dienen voor bescherming en communicatie. Maar die veren zijn ook lastig, het beperkt hen in het vliegen en in hun mobiliteit. En als goed en wel de verentooi is voltooid, vallen de veren weer af. Ieder jaar opnieuw. Al het fantastische heeft dus ook iets lastigs. Pas hoorde ik op de radio een combi van deze twee woorden: fantastig. Wát een speelse duiding van de twee kanten van een medaille.
Ik maak een heroverweging. Is dat zo, dat ik met deze foto’s mijn trots laat zien? Is het zo, dat ik me hierdoor groter maak dan ik ben? Kloppen de boodschappen van vroeger? Legde mijn vader de last op me dat ik niet mocht groeien, niet mocht laten zien wie ik ben? Misschien heb ik het zo vertaald. Gaandeweg weet ik dat het niet zo is. In het lastige van wat mijn vader zei zit ook het fantastische. Zijn wijze woorden heb ik nodig, ze houden me op de bescheiden plaats en ín mijn schoenen, juist wanneer verbeelding de kop op steekt. Fantastig toch?!
Ik ben om. Ik veer op. Laat ze maar denken. Opveren is ook: dankbaar zijn. Alles wat ik heb, wie ik ben, wat ik doe, heb ik ontvangen en ik leg het terug in de handen van de Gever.